Foutmelding

The answer you entered for the CAPTCHA was not correct.

Familierecht

Beschermingsmaatregelen

Het Nederlands recht kent drie soorten van juridische bescherming voor meerderjarige personen die hun zaken niet of onvoldoende zelf kunnen regelen. Het betreft het mentorschap, de bewindvoering en de curatele. Mentorschap is de lichtste vorm van bescherming. De mentor kan beslissingen nemen over bijvoorbeeld de verzorging, verpleging, behandeling of begeleiding van de betrokkene. Indien een persoon niet in staat is zijn financiën zelf te regelen kan de rechter die persoon onder beschermingsbewind stellen. Een bewindvoerder krijgt dan de taak om de goederen, waaronder dus het vermogen en/of inkomen van die persoon te beheren en administreren. De kantonrechter bepaalt hoe lang de bewindvoering duurt en welke goederen onder bewind worden gesteld. Vaak wordt de bewindvoering uitgesproken over alle goederen en voor onbepaalde tijd. Het komt geregeld voor dat er verschil van mening ontstaat tussen de onderbewind gestelde en de bewindvoerder of dat de onder bewind gestelde weer onder de bewindvoering uit wil. Er kan dan een verzoek bij de kantonrechter worden ingediend. Ons kantoor kan u mogelijk bijstaan in een dergelijk geval. Schroomt u niet contact met ons op te nemen. Curatele is zwaarste vorm van bescherming en kan slechts worden uitgesproken in geval van een bepaalde lichamelijke of psychische toestand dan wel drank- of drugsmisbruik. Het gevolg van de curatele is dat de onder curatele gestelde handelingsonbekwaam wordt. Een curator neemt de beslissingen over geld, verzorging, verpleging, behandeling of begeleiding van de betrokkene.

Gezag

In Nederland behoren alle minderjarige kinderen onder gezag te staan. Als u gezag heeft over een kind bent u verantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van het kind. Ook bent u de wettelijk vertegenwoordiger van het kind. Wanneer een kind geboren wordt heeft de moeder, tenzij zij onder curatele staat of minderjarig is, in beginsel het gezag over haar kind. Indien het kind niet binnen huwelijk is geboren heeft de vader niet van rechtswege het gezamenlijk gezag, ook niet wanneer hij het kind heeft erkend. Nodig is dan dat ouders samen bij de rechtbank aangeven dat zij gezamenlijk willen worden belast met het gezag. Vaak weigert moeder echter om haar moverende redenen haar medewerking. De vader zal dan de rechtbank moeten verzoeken om hem gezamenlijk met moeder te belasten met het ouderlijk gezag. De rechtbank kan het verzoek slecht onder bepaalde voorwaarden afwijzen. Van zo’n geval zal bijvoorbeeld sprake kunnen zijn indien ouders volstrekt verschillende standpunten hebben over de opvoeding en/of zij volstrekt niet met elkaar kunnen communiceren. Wanneer ouders eenmaal gezamenlijk zijn belast met het ouderlijk gezag houden de mogelijke problemen uiteraard niet op. Een van de ouders kan bijvoorbeeld de toestemming weigeren voor bijvoorbeeld het inschrijven van school, het aanvragen van een paspoort of een vakantie van het kind naar het buitenland. De andere ouder kan dan de vervangende toestemming van de rechtbank vragen. Een ander veel voorkomend geschilpunt dat juridisch onder het gezag valt betreft de hoofdverblijfplaats van het kind. Indien partijen bijvoorbeeld van mening verschillen over waar de minderjarige moet gaan wonen kan de rechter de knoop door hakken. Ook kan hij de toestemming geven voor een verhuis. De rechter heeft in een maatgevend arrest heel duidelijk omschreven aan welke criteria zal moeten worden getoetst. Wanneer een van de gezaghebbende ouders van mening is dat het gezamenlijke gezag niet werkt, kan deze de rechtbank verzoeken om (weer) met het eenhoofdig gezag te worden belast. De term voogdij wordt gebruikt wanneer een niet ouder het gezag heeft over een kind. Onder bepaalde voorwaarden kan een niet ouder verzoeken om te worden belast met de voogdij over een minderjarige. De (gewenste) voogdij kan ook in een testament worden vastgelegd door de gezaghebbende ouder. De regelingen over gezag en voogdij in het burgerlijk wetboek zijn zeer omvangrijk waardoor de juiste toepasselijke afdeling en bepalingen vaak lastig zijn te vinden. Advocatenkantoor Kloppenburg kan u uiteraard bijstaan in alle gezag- en voogdijprocedures. Wanneer de belangen van de gezaghebbende ouder die de minderjarige vertegenwoordigt strijdig zijn met de belangen van de minderjarige kan door de rechtbank een bijzonder curator worden benoemd om de belangen van de minderjarige te vertegenwoordigen.

Omgang en contact

Niet iedere ouder heeft zomaar recht op omgang met zijn kind. Er zal sprake moeten zijn van een familierechtelijke betrekking dan wel een nauwe band met het kind moeten zijn opgebouwd. Indien geen van beide er is zal eerst de erkenning moeten worden geregeld. De term omgang of omgangsregeling wordt meestal gebruikt indien er sprake is van eenhoofdig gezag door een ouder terwijl de termen zorgregeling en contactregeling meestal worden gebruikt indien er sprake is van gezamenlijk gezag.  Vaak komt het er op neer dat de moeder het contact tussen het kind en de vader in de weg staat omdat zij het contact niet in het belang van de minderjarige acht. Voor moeders is het vaak lastig om het contact helemaal te voorkomen. Het uitgangspunt van de wet is immers dat vader en kind recht hebben op omgang en contact met elkaar. Indien omgang niet geheel kan worden voorkomen kunnen vaak wel een aantal voorwaarden worden vastgelegd waardoor het contact op een veilige en verantwoorde wijze kan plaatsvinden. Het eerste half jaar kan de omgang bijvoorbeeld plaatsvinden via het Rotterdams Omgangshuis dat vervolgens aan de rechter verslag kan uitbrengen hoe de omgang is verlopen. Ook roept de rechtbank vaak het advies in van de Raad voor de Kinderbescherming. Via een dergelijk onderzoek kunnen ook de wensen van de kinderen van onder de twaalf jaar worden meegenomen. Kinderen van boven de twaalf jaar kunnen zelf hun mening rechtstreeks aan de rechtbank kenbaar maken. Hoewel de vader dus in beginsel een sterke uitgangspositie heeft komt het toch vaak voor dat het in de praktijk lastig blijkt om die rechten ook af te dwingen.  Moeder of haar advocaat kunnen de zaak vaak eindeloos rekken met als gevolg dat vader zich steeds meer machteloos gaat voelen. Bijstand van een deskundig advocaat is nodig om u in een dergelijk traject op de juiste wijze te begeleiden. Het kiezen van de verkeerde strategie kan tot vervelende gevolgen leiden die nog jaren doorwerken. Indien de rechter oordeelt dat er  geen omgang kan plaatsvinden kan hij wel bepalen dat moeder verplicht is vader op de hoogte te houden van de ontwikkeling en het welzijn van de minderjarige, bijvoorbeeld door het sturen van een foto.

Ouderschapsplan

Wanneer een relatie tussen 2 ouders eindigt zullen afspraken gemaakt moeten worden worden over de kinderen. Het is aan te raden dergelijke afspraken ook schriftelijk vast te leggen in een ouderschapsplan. Bij een scheiding of de beeindiging van een geregsitreerd partnerschap is het opmaken van een ouderschapsplan zelfs verplicht.   In het ouderschapsplan komen zaken aan de orde zoals de hoofdverblijfplaats van het kind, de zorg-, omgangs- of contactregeling met de kinderen en de kinderalimentatie. Daarnaast worden tal van andere zaken geregeld, bijvoorbeeld over de dagelijkse opvoeding, het introduceren van nieuwe partners en de verhuizing van ouders.   Het maken van een ouderschapsplan is vaak maatwerk. Het is aan te raden dat u zich bij de opmaak van een ouderschapsplan laat bijstaan door een advocaat. De advocaat kan het ouderschapsplan zo nodig ook laten bekrachtigen door de rechtbank hetgeen weer een aantal voordelen biedt. Voorts kan de advocaat precieze alimentatieberekeningen maken die u zelf of een derde meestal niet kunt maken.  

Alimentatie (kinder- en partner-)

Kinderalimentatie Ouders zijn verplicht een bijdrage te leveren in de kosten van verzorging en opvoeding van hun minderjarige kinderen. In hoeverre is een biologische vader die het kind niet heeft erkend, of juist een stiefvader bijvoorbeeld echter onderhoudsplichtig. Dit zijn vaak lastige vragen waar u als leek niet alleen uit komt. Tot welk bedrag de onderhoudsplicht vervolgens geldt is niet duidelijk in de wet vastgelegd. Wel zijn er door een Werkgroep uitgebreide normen vastgelegd hoe de alimentatie zou moeten worden berekend. Deze normen zijn echter de afgelopen jaren vaak gewijzigd. Voorts kunnen de normen in bepaalde gevallen opzij worden gezet. Het bepalen van de kinderbijdrage kan tot ontzettend veel discussiepunten leiden. Wat gebeurt er bijvoorbeeld als een van de ouders opnieuw gaat samenwonen met een nieuwe partner en/of samen met deze nieuwe partner weer een ander kind krijgt? Hoe moet de draagkracht van de betreffende ouders over de kinderen worden verdeeld. En hoe wordt het kind gebonden budget verwerkt in de berekening, bijvoorbeeld als dat sterk wordt verlaagd vanwege het samenwonen met een nieuwe partner. Resumerend is het bepalen van de kinderbijdrage veel lastiger dan mensen vaak denken. Indien u zekerheid wil of de alimentatie juist is berekend bent u bij het juiste adres bij ons kantoor. De ervaring leert helaas dat mensen de alimentatie nog weleens zelf onjuist berekenen of laten berekenen en daar later op willen terugkomen. In de praktijk blijken dergelijke fouten niet altijd gemakkelijk te herstellen. U kunt bij ons kantoor terecht voor een eerste vaststelling van de alimentatie maar ook voor een wijziging. Een wijziging vergt over het algemeen iets meer werk. Partneralimentatie Na een huwelijk of geregistreerd partnerschap zijn ex-partners gehouden elkaar een noodzakelijke bijdrage in het levensonderhoud te verschaffen. Het bepalen en berekenen van partneralimentatie is erg lastig en sterk casuïstisch. Moet de ex-partner bijvoorbeeld niet zelf (meer) gaan werken en wat gebeurt er als de alimentatieplichtige (of gerechtigde) een nieuwe partner krijgt en eventueel gaat samenwonen? Maakt het nog uit wie er nu eigenlijk schuldig is aan de scheiding of is dit helemaal niet van belang? In de wet zelf is eigenlijk weinig hierover vast gelegd en de betreffende regels zijn met name af te leiden uit de rechtspraak. Vaak speelt ook nog een internationaal aspect vaak een rol. Een man met de Nederlandse nationaliteit trouwt bijvoorbeeld in Marokko met een vrouw met de Marokkaanse nationaliteit maar na een jaar besluiten zij in Nederland te gaan samenwonen. Enkele jaren later gaan zij scheiden in Nederland. Is het Nederlands alimentatierecht wel van toepassing? Dubbele nationaliteiten kunnen nog een extra complicerende factor vormen. Advocatenkantoor Kloppenburg is bij uitstek gespecialiseerd in alimentatiezaken en dus ook op het gebied van alimentatie met internationale aspecten. Verhaalsbijdrage Iets wat erg samenhangt met de alimentatie is de zogenoemde verhaalsbijdrage van de gemeente. Deze verhaalsbijdrage komt er op neer dat de gemeente die bijstand verleent aan uw ex-partner of kinderen waarvoor u onderhoudsplichtig bent, een deel van de verleende bijstand op u kan verhalen. De berekening van de verhaalsbijdrage is vrijwel gelijk aan die van de alimentatie. Ook hier is dus veel discussie mogelijk. Een discussiepunt betreft bijvoorbeeld de vraag of de verhaalsbijdrage voor een kind wel mogelijk is indien er geen onderhoudsplicht richting de ex-partner is. Met de Herziening Kindregelingen en de nieuwe Participatiewet ontvangt de bijstandsgerechtigde immers geen kindsdeel van de gemeente meer vanwege het verhoogd kind gebonden budget.

Afstamming en erkenning

Erkenning en vervangende toestemming erkenningBiologisch ouderschap hoeft niet samen te vallen met het juridisch ouderschap. Juridisch ouder is diegene die als ouder op de geboorteakte van de minderjarige staat vermeld. Op grond van het Nederlands afstammingsrecht heeft een kind in ieder geval een moeder. Indien het kind niet binnen huwelijk (of geregistreerd partnerschap) geboren is heeft het kind niet automatisch ook een vader. Daarvoor is nodig dat de vader het kind bij de gemeente erkent. Afhankelijk van de leeftijd van het kind is daarvoor de toestemming van de moeder en/of het kind nodig. Indien deze toestemming wordt geweigerd kan de rechter vervangende toestemming verlenen. De rechter kan de toestemming slechts onder strikte voorwaarden weigeren. In erkenningszaken zal door de rechtbank altijd een bijzonder curator worden benoemd om de belangen van de minderjarige te vertegenwoordigen. Mr. Kloppenburg wordt o.a. als bijzonder curator door de rechtbank Rotterdam ingezet.Het gevolg van de erkenning is er een familierechtelijke band tussen de vader en het kind tot stand komt. Deze band houdt onder andere in dat het kind ook erfgenaam wordt van de vader.Vernietiging erkenningVernietiging van de erkenning is uitsluitend mogelijk op grond van dat de erkenner niet de biologisch vader is van het kind. De wet wijst uitsluitend de moeder, het kind en de erkenner, en dus niet de biologisch vader, aan als diegene die om vernietiging van de erkenning kunnen vragen. Voor allen gelden bepaalde voorwaarden en termijnen. Na verloop van de in de wet genoemde termijn  vernietiging echter soms toch nog mogelijk. Laat u in dit soort kwestie dus altijd adviseren door een kundig familierechtadvocaat.Bij de erkenning van een kind vindt geen controle plaats of de erkenner wel de biologisch vader is van het kind. Dit is op grond van de wet ook immers geen vereiste. Zo is het dus mogelijk dat een (nieuwe) partner van de moeder een kind erkent waarvan hij niet de biologisch vader is. De biologisch vader wordt daarmee dan buitenspel gezet omdat de wet nooit meer dan twee ouders toelaat. Zoals bovenstaand al beschreven kan de biologisch vader niet zelf een verzoek doen om vernietiging van de erkenning. Staat de biologisch vader dan echt machteloos? Nee gelukkig niet, via een bijzonder curator (die formeel juridisch het kind vertegenwoordigt) kan hij vragen alsnog om de erkenning te vernietigen.Vaststelling van het vaderschapErkenning door de vader is niet verplicht. Het wil dan ook nog weleens voorkomen dat een biologisch vader weigert zijn kind te erkennen, bijvoorbeeld omdat hij vreest te moeten opdraaien voor de kosten van de opvoeding. Als moeder kun je dan de rechtbank verzoeken het vaderschap te laten vaststellen door de rechtbank. Indien de vader het vaderschap blijft betwisten zal een DNA-onderzoek uitkomst bieden. Indien de vader daaraan medewerking weigert zal de rechtbank daar uiteraard haar consequenties aan verbinden. Indien er werkelijk twijfel is over het vaderschap heeft het vanuit kostenoogpunt soms de voorkeur om (onder begeleiding van de advocaat) zelf een DNA-test te doen.

Pagina's